Paragrafen

Lokale heffingen

Beleid opbrengst en dekking

Het beleid ten aanzien van de opbrengsten en de tarieven van de in deze paragraaf genoemde belastingen en retributies voor het jaar 2023 is als volgt bepaald:

  • onroerende zaakbelastingen: inflatie 3,0% koppeling met het landelijk inflatiecijfer voor de loon-/prijsontwikkeling (CPI) volgens het Centraal Planbureau (CPB) inclusief uitvoering aangenomen Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal" bij de vaststelling van de begroting 2023 in de raad van 10 november 2022;
  • roerende belasting op woon- en bedrijfsruimten: inflatie 3,0%;
  • rioolheffing: 100% kostendekking inclusief aanpassing gebruikersstaffel van de groep die jaarlijks tussen de 250 m3 en 5.000 m3 gebruikt;
  • afvalstoffenheffing: 100% kostendekking;
  • begrafenisrechten: 100% kostendekking;
  • leges: inflatie 3,0%, 100% kostendekking;
  • precariobelasting: inflatie 3,0%;
  • parkeerbelasting: uitvoering aangenomen Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal" bij de vaststelling van de begroting 2023 in de raad van 10 november 2022;
  • toeristenbelasting: uitvoering aangenomen Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal" bij de vaststelling van de begroting 2023 in de raad van 10 november 2022.

Inflatiecorrectie
Voor de heffingen en belastingen geldt een koppeling met het landelijk inflatiecijfer voor de loon- en prijsontwikkeling van het Centraal Planbureau. Dit beleid betekent dat de onroerende zaakbelastingen, de roerende zaakbelastingen, de precariobelasting, de leges en de parkeer- en de toeristenbelasting 2023 ten opzichte van de tarieven 2022 minimaal trendmatig zijn verhoogd met 3,0%.

OZB
Er wordt gestuurd op realisatie van de te behalen inkomsten rekening houdende met de 3,0% prijsinflatie volgens de kadernota en de areaaluitbreiding als gevolg van nieuwbouw. Tevens is rekening gehouden met de uitvoering van Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal".
De grondslag voor het heffen van onroerende zaakbelastingen in 2023 is de waarde van de woningen en niet-woningen per 1-1-2022 volgens de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). Op basis van de bestandsgegevens is een prognose gemaakt van de belastingcapaciteit woningen en niet-woningen 2023. In de berekeningen voor 2023 is uitgegaan van een geraamde waardevermeerdering tussen 1-1-2021 en 1-1-2022 van 13,5% voor woningen en 1,0% voor niet-woningen. In de begroting 2023 is zowel bij de berekening van de algemene uitkering uit het gemeentefonds als de opbrengstramingen van de OZB met deze waardeontwikkeling rekening gehouden. Daarnaast is voor 0,2% waardevermindering ingeboekt als gevolg van bezwaar en beroep voor woningen en 1% voor niet-woningen. Tevens is voor het niet gebruiken van niet-woningen een correctie van 18% doorgevoerd evenals een correctie voor facultatieve vrijstellingen van ruim € 10,4 miljoen.

Rioolheffing
Voor de rioolheffing worden tarieven gehanteerd die hoogstens kostendekkend zijn. De geraamde baten mogen de geraamde lasten niet overschrijden. Hiertoe is een overzicht van baten en lasten opgenomen inclusief een toelichting van de beleidsuitgangspunten. De kosten worden voor 40% bij de eigenaar en voor 60% bij de gebruiker verhaald. Het eigenarentarief voor de rioolheffing is gebaseerd op de WOZ waarde. Het gebruikerstarief is gebaseerd op het waterverbruik. Op 16 december 2021 is het Waterplan voor de planperiode 2022-2026 vastgesteld. Uit het Waterplan is gebleken dat er geen sprake is van 100% kostendekkendheid. Dit is reden geweest om voor de komende begrotingsjaren naast de correctie voor inflatie een extra verhoging van 1,8% door te voeren. Daarnaast is conform de wens in het coalitieakkoord de gebruikersstaffel aangepast door het zwaartepunt van de heffing te verschuiven naar de groep die jaarlijks tussen de 250 m3 en 5.000 m3 gebruikt. Zo wordt zuinig watergebruik fiscaal beloond en het principe van de vervuiler betaalt extra benadrukt.

Afvalstoffenheffing
Voor de afvalstoffenheffing geldt het beleid van volledige kostendekking. Evenals bij de rioolheffing geldt dat de geraamde baten de geraamde lasten niet mogen overschrijden. Voor het inzicht wordt verwezen naar het overzicht van baten en lasten en de bijbehorende toelichting op de beleidsuitgangspunten. De gemeente Bloemendaal heeft met Meerlanden een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor de huishoudelijke afvalinzameling.

Grafrechten
Ook voor de grafrechten geldt het beleid van volledige kostendekking.

Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven voor zogeheten reclame-uitingen (waaronder bijvoorbeeld vlaggen) en uithangborden aan de gevel, tankstations, tijdelijke opslag van goederen, ligplaatsen en het gebruik van gemeentegrond voor het commercieel uitbaten van een terras.

Parkeerbelasting
De tarieven van de parkeerbelastingen liften jaarlijks mee met de inflatie-aanpassingen. De parkeertarieven voor het parkeren aan de Kop Zeeweg zijn conform de bij de vaststelling van de begroting 2023 via Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal" vastgesteld.
Indien geen, of te weinig, parkeerbelasting is voldaan, kan de gemeente een naheffingsaanslag opleggen, vermeerderd met kosten. Deze kostenopslag moet door de gemeente worden onderbouwd. De gemeente moet kunnen laten zien dat de kosten per naheffingsaanslag (op ramingsbasis) gelijk of hoger liggen dan dit bedrag. Het maximumbedrag dat voor de kostenopslag in rekening kan worden gebracht bedraagt voor het belastingjaar 2023 € 72,90. Dit bedrag groeit jaarlijks mee met het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie.

Toeristenbelasting
De tarieven van de toeristenbelastingen liften jaarlijks mee met de inflatie-aanpassingen.
De tarieven van de toeristenbelastingen zijn conform de besluitvorming bij de vaststelling van de begroting 2023 via Amendement B "Beperking lokale lasten Bloemendaal" vastgesteld.

Kwijtscheldingsbeleid
De gemeente voert een kwijtscheldingsbeleid conform de Invorderingswet 1990.
Indien een belastingplichtige niet of over te weinig financiële middelen beschikt om de belastingaanslag te voldoen, wordt voor 100% kwijtschelding verleend indien uit een vermogenstoets en een inkomenstoets blijkt dat het inkomen gelijk is aan of minder dan het wettelijk minimuminkomen (bijstandsnorm).
Kwijtschelding wordt alleen verleend indien het een aanslag betreft voor onroerende zaakbelastingen, roerende zaakbelastingen, afvalstoffenheffing (alleen voor de eerste afvalcontainer, niet voor extra containers) en rioolheffing voor het gebruikersgedeelte. De overige heffingen zijn in de betreffende belastingverordeningen uitgesloten van kwijtschelding.

Het bedrag aan kwijtscheldingen bedroeg :

Kwijtschelding

Rekening 2022

Begroting 2023

Rekening 2023

Afvalstoffenheffing

 € 86.267

€ 90.000

€ 78.850

Rioolheffing

€ 39.506

€ 45.000

€ 34.696

RZB

67

0

€        34

Totaal

 € 125.840

€ 135.000

€ 113.580

Deze pagina is gebouwd op 07/15/2024 15:29:11 met de export van 06/14/2024 14:43:37